Mijn kind wil niet slapen. Een veel voorkomend probleem bij ouders. Veel ouders blijven bij hun kind zitten tot dat ze slapen en dat kan soms lang duren. Doen ze dit niet? Dan komen hun kinderen steeds uit bed. Wat kun je daar aan doen? Online-opvoedhulp geeft uitleg in welke leeftijdsfase het veel voorkomt, waarom het probleem voorkomt en hoe je als ouders hiermee kunt omgaan.

Het probleem dat ouders hun kinderen moeilijk naar bed krijgen begint vaak wanneer het kind twee of drie jaar is of ook wel midden in de kleuter/peuterfase. In deze fase ontwikkelen zij een eigen ‘ik’ en zeggen ze vaak ‘nee’. Door de ontdekking van het eigen ‘ik’ gaan zij vaak de strijd aan met hun ouders. Door zich af te zetten tegen de ouders komen ze er achter wat deze strijd soms oplevert en ontdekken ze de grenzen van  hun eigen wil. Het komt daarom veel voor dat kinderen  weigeren naar bed te gaan of huilen wanneer ze in bed liggen.

Kinderen kunnen angstig zijn om naar bed te gaan en hierdoor moeite hebben met inslapen. Bezorgdheid of angsten vanwege eeuwig slapen, niet meer wakker worden, vader of moeder die wegblijft. Deze angsten kunnen heel anders tot uiting komen, bijvoorbeeld in de vorm van een spook of dief. Doordat jonge kinderen vaak geen onderscheid kunnen maken tussen werkelijkheid en fantasie kunnen ze ook last hebben van hun eigen fantasieën. Ook kunnen nachtelijke angsten te maken hebben met een belangrijke gebeurtenis, zoals een overlijden, een ongeval of een echtscheiding van de ouders. Separatieangst van het kind is normaal in de peuter/kleutertijd. Het kind ontdekt dat hun ouders ook weg kunnen gaan en zijn bang om hun kwijt te raken.

Kinderen hebben hun ouders hard nodig bij het overwinnen van dit slaapprobleem, bijvoorbeeld door te zorgen voor een slaapritueel, het kind gerust te stellen en ervoor te zorgen dat ‘thuis’ een veilige plek is om te zijn. Er zijn ook ouders die onbewust het slaapprobleem in stand houden. Zonder het door te hebben kunnen ze hun belonen voor het niet slapen. Het kind mag bijvoorbeeld iets langer opblijven, even naar beneden komen of bij de ouders in bed slapen. Hierdoor kan het voor het kind fijn zijn om het slaapprobleem te laten bestaan.
Een aantal tips om ervoor te zorgen dat je kind makkelijker kan inslapen:

– Zorg voor een bedritueel. Het kind weet dan wat er gaat komen en krijgt daardoor een gevoel van vertrouwen en veiligheid. De rituelen zorgen ervoor dat je kind makkelijker gaat slapen en kunnen angsten wegnemen. Het ritueel moet niet te lang duren zodat kinderen steeds tijd kunnen rekken.
Een goed bedritueel is tandenpoetsen, pyjama aan, verhaaltje (voor)lezen en dan gaan slapen.

– Belangrijk is dat voor het slapen gaan geen drukke spelletjes worden gespeeld. Zorg voor rustige activiteiten zodat je kind al meer moe en ontspannen wordt.

– Knuffels of een lekker dekentje kunnen je kind helpen over separatieangst heen te komen.

– Wanneer je kind dringend huilt, kun je dat als ouder het beste negeren. Voor ouders is het daarom belangrijk dat zij luisteren het naar het soort huilen van hun kind.

– Als je boos bent kun je beter niet naar je kind gaan. De boosheid kan kinderen angstig maken.

– Het kan helpend zijn om overdag je kind de kans te geven om over zijn angsten te praten, te tekenen of in zijn spel te verwerken. Ouders komen er achter welke angst het kind bezig houdt en waar die vandaan komt.

– Bij separatieangst moet je kind leren dat als je weg gaat, je ook weer terug kan komen. Speel bijvoorbeeld overdag verstoppetje of kiekeboe. Je kind leert daardoor dat als je weg bent het niet eng is omdat je altijd weer terug kan komen.

Helpen deze tips onvoldoende of wil je graag dat een deskundige met je mee kijkt? Neem dan contact op met een pedagoog van online-opvoedhulp.nl zodat zij samen met jou kan kijken hoe je kind weer fijn kan gaan slapen.